Armoedefunctionaris Eugenie maakt geldzorgen bespreekbaar op het consultatiebureau
Vorig jaar maakten 220.000 minderjarige kinderen deel uit van een huishouden met een laag inkomen. De verwachting is dat dit aantal in 2024 zal stijgen naar 230.000 aldus het Armoedefonds. Mensen zijn arm wanneer ze gedurende langere tijd niet de middelen hebben voor de goederen en voorzieningen die als minimaal noodzakelijk gelden.
Eugenie Reijntjens is verpleegkundig specialist en armoedefunctionaris bij Zorggroep Oude en Nieuwe Land. “Vaak heeft armoede in een gezin gevolgen voor de ontwikkeling en gezondheid van kinderen. Onlangs had ik een afspraak op het consultatiebureau op Urk met een moeder en haar zoontje Jacob van tweeënhalf jaar oud. Jacob kwam op een indicatieconsult vanwege een spraak-taalachterstand, opgemerkt tijdens het vorige bezoek bij de jeugdverpleegkundige. Hij gaat niet naar de peuterspeelzaal en in zijn dossier staat dat de ouders hier geen belangstelling voor hebben. Na doorvragen vertelt de moeder dat dit te maken heeft met financiële redenen. Jacob is het vierde kind in het gezin en na hem is er nog een meisje geboren. De zoon van 5 jaar gaat naar zwemles. Dit vinden de ouders belangrijk omdat er veel water is in de omgeving. Tijdens de corona-periode lag de vissersboot van de vader enkele weken aan de wal, waardoor er geen inkomsten waren. De stijgende prijzen van olie en diesel hebben de kosten van het uitvaren verhoogd, waardoor de ouders zich veel zorgen maken over hun financiële situatie. De peuterspeelzaalkosten zijn de afgelopen twee jaren gestegen, wat hen voor moeilijke keuzes stelt. Zij vinden het belangrijker dat hun zoontje een zwemdiploma haalt dan dat Jacob naar de peuterspeelzaal gaat. Tijdens het huisbezoek na de geboorte van hun dochtertje is de financiële situatie niet besproken, vertelt de moeder aan Eugenie.
De moeder heeft het advies gekregen om contact op te nemen met Stichting Hulp en Steun. Zij kijken samen met gezinnen wat er in hun geval wel mogelijk is.